zondag 3 augustus 2014

Ik doe meer dan jij kunt zien

God, zie niet werkeloos toe,
blijf niet zwijgen,
houdt U niet doof.

Psalm 83:2

Toen ik vanmorgen deze tekst las, moest ik denken aan de preek van vorige week, of beter gezegd, aan één zinnetje van die preek.
Een zinnetje, uitgesproken aan het begin van de preek en die mij niet meer losliet (laat).
'God doet meer dan wij kunnen zien.'
Het was alsof God het tegen mij zei: 'Ik doe meer dan jij kunt zien.'

Soms lijkt het alsof we vastzitten in omstandigheden en hoe wij ook bidden, er lijkt niets te veranderen of te gebeuren.
We zien het niet, we voelen het niet; alles lijkt voort te gaan zonder dat God ingrijpt of iets lijkt te doen.
En als we dan dit woord uit de Psalmen tegen komen, dan kunnen we het met de schrijver uitschreeuwen: God, zie toch niet werkeloos toe, blijft toch niet zwijgen, houdt U toch niet doof!
Misschien komt de vraag er wel achter aan: Waar bent U toch?
We hebben het zo nodig te zien, te ervaren dat U er bent, dat U ons hoort, ons ziet.

Maar niet altijd ervaren we in moeilijke omstandigheden, vooral als situaties langer duren, dat God er is of ook maar iets doet.
Misschien voelt het wel alsof we in een woestenij lopen, we hebben dorst, maar nergens is er water te vinden; we hebben beschutting nodig, maar nergens is er een plaats die schaduw of beschutting biedt.
Alles is vlak en uitgestrekt, troosteloos en triest.
Geen boom, geen struikje, geen bron; niets.
Heuvels en bergen genoeg, maar nergens iemand te bekennen die je helpt, een schuilplaats aanbiedt en te eten en te drinken geeft.
En je loopt door, je sjokt door de woestenij en schreeuwt het uit naar boven.
Je weet dat Hij er is, je weet dat Hij je overal ziet en met je mee gaat.
Dat er niets gebeurt buiten Hem om.
Dat Hij alle dingen doet medewerken ten goede, omdat je Hem liefheb.
Je weet het allemaal, maar nu, op dit moment; het duurt te lang en uitzicht op verandering is in geen velden of wegen te zien.

En toch zegt God op zo'n moment: Ik doe meer dan jij kunt zien!
Ik werd stil bij dit woord.
Het was als een terechtwijzing, maar te gelijkertijd ook een bemoediging.
Een terechtwijzing, omdat ik zag op de omstandigheden en alleen maar keek met mijn menselijke ogen en niet met geestelijke ogen.
Onze God is zo oneindig groot, zo oneindig machtig.
Hoe zouden wij kunnen begrijpen wat Zijn weg is; maar desondanks heeft Hij bemoeienis met ons en komt Hij met Zijn woord en spreekt.

'Ik doe meer dan jij kunt zien.'

Wees gerust, klinkt er in door; al zie jij niets, al ervaar jij niets, al lijkt het alsof Ik niets doe, toch gebeurt er veel meer dan jij denkt of ziet.
Laat het toch aan Mij over.
Ik heb het beste met je voor.
Het heden, verleden, maar ook de toekomst is immers in Mijn hand.
Ga, geloof, vertrouw.
Ik ben bij je.
'Ik doe meer dan jij kunt zien.'

Geen opmerkingen:

Een reactie posten