zondag 17 mei 2020

Wanhoop ...

Smaad heeft mijn hart gebroken en ik ben zeer zwak; 
ik heb gewacht op medeleven, maar het is er niet, 
op troosters, maar ik heb ze niet gevonden.
Ja, zij hebben mij gal als mijn voedsel gegeven, 
in mijn dorst hebben zij mij zure wijn laten drinken. 
HSV

Al die spot heeft mij gebroken, ik kan niet meer. 
Ik hoopte op wat medeleven, maar tevergeefs, 
op een woord van troost, maar ik kreeg er geen. 
Ik had honger en zij gaven mij gif, 
ik had dorst en ik kreeg azijn.
GNB

Psalm 69:21,22


Ieder huisje heeft zijn kruisje.
Iedereen kent deze uitdrukking vast wel en ik geloof ook zeker dat dit zo is.
Van de buitenkant kan het lijken alsof een ander geen moeilijkheden heeft of kent, en dat alles voor de wind gaat, maar als we een kijkje van dichtbij zouden kunnen nemen, dan denk ik dat we gigantisch zullen schrikken van wat er soms bij een ander speelt.
Niet iedereen laat het even makkelijk zien als er wat is.
Sommigen zijn meesters in het verbloemen van hun emoties.
Ze zijn vaak heel meelevend naar een ander toe, maar laten niets blijken, of vertellen niets van wat er bij hen zelf speelt of leeft.
Toch heeft ieder mens zijn eigen portie leed te dragen in dit leven.
Niemand van ons komt daaronder uit.
De één misschien wat meer dan de ander, maar toch…
Leed, verdriet, pijn, zorgen en moeiten, door de zondeval is dit onlosmakend verbonden met ons leven. 

Maar niet elk leed drijft ons tot wanhoop.
Ik durf niet te beweren dat ieder mens het gevoel van wanhoop kent, de één zal eerder tot wanhoop gedreven zijn dan de ander, maar ik denk wel, dat, als we om ons heen kijken en zien/horen wat er allemaal gebeurt en speelt, dat  we ons in ieder geval wel ons kunnen voorstellen dat  mensen tot wanhoop gedreven worden.

Maar misschien weet je zelf wel als geen ander wat wanhoop is.
Ken je het gevoel van geen uitkomst meer zien.
Misschien ben je nu, op dit moment wel wanhopig door alles wat er nu gebeurt in je leven en zie je geen uitkomst meer.
Misschien ben je al langer wanhopig en heeft de wanhoop je in zijn greep genomen en ga je gebukt onder zijn wurgende greep.
Dan wil ik je graag meenemen naar Gods woord en ik bid dat je open zult staan voor de genezing die daar te vinden is.

Wanhoop.
Ja, God laat dingen toe in ons leven die ons tot wanhoop kunnen drijven, die ons wanhopig maken, die ons in zijn wurgende greep neemt.
Ook koning David ontkwam er niet aan.
De twee teksten die ter overdenking zijn gegeven komen uit Psalm 69 en als je die Psalm in zijn geheel leest, dan voel je, dan proef je, de wanhoop van David.
Hij zegt het ook zelf:
 ‘Verlos mij, o God, want het water is tot aan mijn ziel gekomen.' (HSV)
(Een andere vertaling gebruikt de voor ons bekende uitdrukking: ‘Red mij, God, want het water staat mij aan de lippen.’)


Vers 3: ‘Ik ben gezonken in bodemloze modder, waarin men niet kan staan; ik ben gekomen in de waterdiepten en de vloed overspoelt mij.’
Welk een wanhoop klinkt niet door in deze woorden.
In de volgende verzen gaat hij verder en stort hij zijn hele hart uit bij God.
Alles wat hij voelt, ervaart, hoe de dingen bij hem binnenkomen, alles legt hij bloot voor God. 
Niets houdt hij achter, ook niet zijn eigen zonden en de dwaasheden die hij heeft begaan.
Hij stort echt zijn hele hart uit bij God.
In de bovenstaande tekst zegt hij ook tegen God, hoe hij op medeleven gewacht heeft en het niet kreeg, eerder het tegenovergestelde.
Wanhoop heeft zich van hem meester gemaakt, maar hij kiest ervoor om er mee naar God toe te gaan.

Wat ons ook tot wanhoop drijft, of het nu de omstandigheden zijn of mensen, de beste weg om er niet in om te komen of te verdrinken, is door ermee naar God toe te gaan.
Dit laat David ons ook duidelijk zien.

Wat ik altijd zo bijzonder vind aan David is dat hij altijd uitkomt bij God de eer geven, Hem te loven en te prijzen, te roemen om wie Hij is.
Vaak is er nog niets aan de situatie veranderd, maar David gelooft met zijn hele hart dat God ingrijpt en hem recht zal doen.’
Hij vertrouwt op Gods barmhartigheid, Zijn liefde, Zijn rechtvaardigheid.
En op basis daarvan, op basis van dit geloof, dit kennen van zijn Heer en God, looft hij Hem, eert hij Hem, dankt hij Hem.
Ook in deze Psalm vinden we dat terug.

Vers 30: ‘Ik echter ben ellendig en lijd pijn; laat Uw heil, o God, mij in een veilige vesting zetten’ en er achteraan in vers 31: ‘Ik zal Gods Naam loven met gezang en Hem met dankzegging groot maken. 
Het zal Hem aangenamer zijn dan een offer.' (vs. 33) 
God hoort de armen, de nooddruftigen (SV), Hij veracht zijn gevangenen niet. (vs.34)
Dit is iets wat je steeds weer tegenkomt bij David.
(En veel woorden van David zijn ook verwijzingen weer naar de Here Jezus, naar Zijn lijden en sterven, naar dat Hij ons in alles gelijk geworden is.)

‘Mijn God, mijn God, waarom hebt U mij verlaten?
Ik schreeuw om hulp. maar U bent zo ver weg.
Dag en nacht roep ik, maar U, mijn God antwoordt niet, 
voor mij heeft U geen aandacht.
U bent toch …

… Heer, U hebt mij geantwoord!’
Psalm 22:2,3,22b

'Genees mij, want ik ben volkomen gebroken, 
gebroken ben ik naar lichaam en ziel. 
Hoelang nog, Heer,
hoelang moet ik nog wachten? 
ik ben moe van het vele zuchten,
elke nacht is mijn bed nat van tranen,
mijn kussen doorweekt …

… Want de Heer hoort mij als ik huil,
 de Heer luistert als ik smeek,
de Heer wijst mij niet af.'
Psalm 6: 3b,4,7,9b,10

'Mijn God, luister naar mijn smeken,
verberg U niet voor mij.

Sla acht op mijn woorden,
antwoord mij!
Nergens vind ik meer rust,
het is niet meer te dragen …

… God, de Heer, roep ik te hulp,
Hij biedt uitkomst.
Ik zal niet ophouden te klagen,
ik zal niet ophouden te kreunen,
van de ochtend tot de avond,
de Heer zal naar mij luisteren.'
Psalm 55:2,3,17,18

Zomaar even drie gedeelten uit de Psalmen waarin de wanhoop doorklinkt, maar ook steeds opnieuw het rotsvaste vertrouwen in God.
Wat geweldig dat God deze woorden in de Bijbel heeft opgenomen.
Zo weten we dat niets Hem vreemd is en dat we werkelijk met alles bij Hem mogen komen.
We hoeven niet bang te zijn dat God ons vervelend vind of een stel zeurkousen.
Kijk maar eens naar wat David schrijft: ‘Ik zal niet ophouden met klagen, kreunen …, de Heer zal naar mij luisteren.’

Graag wil ik je bemoedigen met woorden uit de Psalmen.
Gods woord, en vooral de Psalmen, zijn een Bron van Hoop en Bemoediging.
We mogen de woorden van de Psalmisten gebruiken om onze nood, onze wanhoop naar God uit te spreken, maar ook om tegelijkertijd opgebeurd en bemoedigd te worden door het geloof en vertrouwen van de schrijvers.
Zelf heb ik de Psalmen vaak gebruikt in mijn momenten van wanhoop.
Ik heb ze uitgeschreven en hardop voorgelezen, ze uitgesproken om mijn wanhopige ziel tot rust te brengen.
Om de gedachten, die mij anders in de greep van wanhoop zouden houden, op God te richten, op wie Hij is, op Zijn beloften.
Geloof me, er verandert werkelijk iets als we dit gaan doen.
Niemand kan, in de hoop op wat God kan doen,  Zijn woord hardop uitspreken zonder dat er iets gebeurt.
We kunnen het lezen, het overdenken, maar er gebeurt echt pas iets als we er wat mee doen.
Er zit kracht in Zijn woord!

Maar, Heer, U bent voor mij als een schild,
U bent mijn eer, 
om U houd ik het hoofd opgericht.
Wanneer ik de Heer om hulp roep,
antwoord Hij mij vanaf Zijn heilige berg.
Ik ben gaan slapen en ik ben weer ontwaakt;
de Heer heeft mij onder Zijn hoede.

In de morgen al hoort U mij roepen, 
in de morgen al leg ik alles aan U voor 
en wacht op Uw antwoord.
Heer, wie U zijn toegedaan, kunnen op U rekenen;
wie bij U hun toevlucht zoeken,
laat U niet in de steek.

Wie zich door de Heer laten leiden,
zich naar Hem richt:
Mocht hij eens vallen, 
de Heer grijpt hem bij de hand.

God is onze toevlucht,
Hij geeft ons kracht;
in de grootste nood 
heeft Hij ons geholpen.



De Heer zal mij Zijn liefde geven, elke dag,
Zijn lied zal ik horen, elke nacht,
een gebed tot de God
die mij in leven houdt.
Ik zal tegen Hem zeggen:
‘U bent mijn toevlucht.’

De Almachtige Heer is aan onze zijde,
onze burcht is de God van Jakob!

Ik zal zingen over Uw kracht,
juichen over Uw liefde, mijn God,
vanaf de vroege morgen.
Want U bent een burcht voor mij,
een toevlucht in nood.
Ik zal zingen voor U,
want U geeft mij kracht.
God, U bent mijn burcht,
de God die van mij houdt.
Ps. 3:4-6; Ps.5:4; Ps. 9:11; Ps. Ps. 37:23,24; Ps. 46:2: Ps. 42;9,10a; Ps. 46:8; Ps. 59:17,18            
 
Bij U, de Allerhoogste, zoek ik mijn bescherming,
in de nabijheid van U, de Almachtige, wil ik verblijven,
want dan kan ik zeggen:
"U, Here bent mijn schuilplaats, 
bij U ben ik veilig en geborgen, 
op U kan ik vertrouwen,"
U, Heere, bedekt mij met Uw vleugels,
onder Uw hoede ben ik veilig.
Uw trouw is als een beschermend schild rondom mij.
Ja, Heere, bij U zoek ik mijn bescherming,
in Uw nabijheid wil ik zijn.
Ps. 91:1,2,4,9


Lieve Vader in de hemel.
Ik wil  U danken, danken voor Uw liefde, voor Uw trouw.
Voor uw goedheid, Uw bewogenheid.
Ik wil u danken dat ik, net als David, het in al mijn moeiten en zorgen, in al mijn wanhoop, tot U mag uitroepen en dat U mij dan hoort en antwoordt.
Als ik uw woord lees, Vader, dan ben ik zo blij en dankbaar om de vele herkenning die ik erin vind.
Daardoor mag ik weten dat niets U vreemd is en niets raar of te min of te onbelangrijk.
Heer, David laat ons zien, en ook de andere Psalmisten, dat we met alles bij U mogen komen en dat U het fijn vindt als we U alles zeggen; U deelgenoot maken van alles wat er in ons leven gebeurt.
U verlangt ernaar dat we U in elk onderdeel van ons leven betrekken.
Onze pijn en verdriet, is Uw pijn en verdriet.
Leer ons, Vader, om zo ook als we wanhopig zijn, U te zoeken en op Uw woord te vertrouwen.
Als de wanhoop in ons leven toeslaat, dan wordt het zo donker in ons leven.
Daarom bid ik U, Vader, dat toch een sprankje van U licht ergens doorheen zal komen, zodat wij niet zullen vergeten om U ook te zoeken in onze diepe wanhoop.
Want U bent het antwoord in elke situatie van ons leven.
Met U kunnen wij alles aan.
Hoe moeilijk alles ook is, zelfs al vallen wij, Uw woord zegt ons dat U er altijd bent en dat U ons weer opricht als wij vallen.
Daarmee, lieve Vader, kan het leven of de dingen van het leven ons soms wanhopig maken, tot wanhoop drijven, maar behoeven wij er niet in te blijven.
U kunt en wilt ons genezen van de pijn en verwoesting van de wanhoop.
Dank U, Vader, voor Uw liefde en Uw trouw.
Ik prijs en eer Uw grote Naam.

- Amen - 

 
Laat Uw licht schijnen, Heer,
in de wanhoop
die het leven mij soms brengt.

Laat Uw licht schijnen,
en dan met mijn wanhoop 
worden vermengd.

Laat Uw licht schijnen, Heer,
zodat de wanhoop oplost
in het schijnsel van Uw licht.

Laat zo Uw licht schijnen,
en in mijn hart
verrijst een lofgedicht.

U, en U alleen, bent waardig,
te ontvangen alle lof en alle eer.
U, en U alleen, bent waardig;
ik prijs en aanbid U, mijn koning en Heer.

dinsdag 5 mei 2020

Volkomen bescherming

U verbergt hen in het verborgene van Uw aangezicht
voor het hoogmoedig gedrag van de man;
U doet hen schuilen in een hut
voor het getwist van tongen.
Psalm 31:21

Soms lijkt het wel alsof de satan ongestoord zijn gang kan gaan; dat er niets of niemand is die hem tegenhoudt, terugroept of hem aan banden legt.
Hij is de overste van deze wereld (Johannes12:31), de god van deze eeuw (2 Korinthe 4:4) en hij gaat rond als een briesende leeuw op zoek naar wie hij kan verslinden (1 Petrus 5:8)
Het is zijn doel om zoveel mogelijk mensen nog te verleiden tot het kwaad en hij vindt het heerlijk om het de mens daarin zo moeilijk mogelijk te maken.
Zijn macht is groot, heel groot, we moeten hem niet onderschatten.
Aan de andere kant moeten we hem echter ook niet overschatten en hem meer macht moeten toekennen dan hij werkelijk heeft.
Satan kan niets meer doen dan dat God hem toestaat om te doen.
Het is dus heel belangrijk dat we onze vijand kennen.

Maar naast het kennen van onze vijand is het nog belangrijker om Hem te kennen die alles in Zijn hand heeft en aan wie alles en iedereen, dus ook de satan, is onderworpen.

God is de Almachtige. (Genesis 17:1, 35:11a, Jesaja 46:9-10 etc.)
Alles, zowel in de hemel als op de aarde, behoort Hem toe.
Als Beth Moore spreekt over wat voor een geweldige de opluchting het is om te weten dat we nooit hoeven te strijden tegen iets wat buiten Gods jurisdictie valt, dan is dat omdat alles, alles wat in de hemel is en op, onder, boven de aarde, het hele universum, onder Zijn jurisdictie valt, onder Zijn macht, Zijn soevereiniteit, Zijn rechtspraak.
God staat boven alles!
Hij is boven alles verheven!
Alles is aan Hem onderworpen!
Dit betekent ook dat er niets is, geen enkele strijd of gevecht, die Hij niet zou kunnen winnen.
Waar Zijn tegenstanders zich ook bevinden, het maakt niet uit, want alles is van Hem, is Zijn terrein en is daarmee aan Hem onderworpen.

Wat een geweldige opluchting ligt daar inderdaad in voor ons.
Waar we ook doorheen gaan, wat er ook in ons leven gebeurt, welke strijd wij ook hebben te strijden: God staat aan het hoofd en heeft alles in Zijn hand.
Hij strijdt met en voor ons.
Ja, en nog meer, Hij beschermt ons.
Bij Hem mogen we schuilen.
Hij verbergt ons zelfs.
Toen er een opdracht uit gegeven was om Jeremia en Baruch gevangen te nemen, zorgde God ervoor dat ze niet werden ontdekt. (Jeremia 36:26)

Hij verbergt ons in het verborgene van Zijn aangezicht.
Hij doet ons schuilen in een hut …

Wat er ook gaande is in ons leven, hoe bedreigend het ook is, op wat voor manier dan ook, als we naar Hem toegaan zal Hij ons troosten, bemoedigen, kracht geven.
Als we bij Hem schuilen, dan schuilen we bij Degene die over alles heerst, dus ook over de situaties waarin we verkeren, over de dingen die gebeuren.
Als we naar Hem toegaan, zullen we door Hem worden beschermd.

Onze God is de Almachtige, de Schepper van hemel en aarde.
Met Hem aan onze zij, hoeven we nooit bang te zijn, want Hij zorgt voor ons.
Iedere dag opnieuw.
Bij Hem zijn we veilig.


Lieve Vader in de hemel,
vergeef mij dat ik mij soms zo laat verblinden door de omstandigheden of de dingen die gebeuren, dat ik niet goed meer zie hoe U er bij bent en klaarstaat om voor mij te zorgen, te strijden, mij te beschermen, mij te verbergen.
Ik weet het allemaal wel, Heer, dat is misschien nog wel het ergste.
Ik weet dat ik omhoog zou moeten blijven kijken naar U, naar wie U bent, naar wat U doet, naar wat U zegt, naar wat U belooft.
En toch gebeurt het dat ik me te neer laat drukken door alles en vergeet hoe volkomen Uw bescherming is.
Ik kan U alleen maar bidden, Vader, dat U het mij leert door de kracht van Uw Heilige Geest, om te leven vanuit die volkomen bescherming die ik heb bij U.
Wat zal er dan een ruimte komen in mijn denken, in mijn voelen, in mijn handel en in mijn wandel.
Oh ja, Vader, leer mij van daaruit te leven.
Dank U wel, dat ik volkomen beschermd ben door U.
U bent de Allerhoogste!
Geprezen zij Uw grote Naam!

- Amen -


Zijn huis is mijn toevluchtsoord;
in het verborgene van Zijn aangezicht
verbergt Hij mij.
Zijn aanwezigheid
is de beschermende muur
om mij heen.

Bescherming,
volkomen bescherming,
ik vind het nergens anders
dan bij Hem alleen.

Ik kijk om mij heen
en zie hoe ik aan alle kanten
word belaagd.
Scherpe woorden striemen,
moeilijkheden beuken,
als een storm
wordt alles opgejaagd.

Ik kijk om mij heen
en vraag mij af
hoe ik kan blijven staan.
Het is te veel,
ik ben te zwak,
vertwijf’ling slaat toe,
ik kan dit allemaal niet aan.

En terwijl ik om mij heen kijk,
hoor ik een stem,
die zachtjes tot mij spreekt:
‘Kijk omhoog,
vertrouw op Mij;
zie hoe in Mijn licht
alles verbleekt.’

Ik richt mijn blik omhoog,
weg van alle moeiten,
weg van alle zorgen.
Mijn ogen gaan open
en ik besef: Hij is mijn schuilplaats;
bij Hem ben ik veilig
en geborgen.

vrijdag 1 mei 2020

Behoefte aan liefde ...

Doe mij in de morgen Uw goedertierenheid horen,
want ik vertrouw op U;
maak mij de weg bekend die ik te gaan heb,
want tot U hef ik mijn ziel op.
HSV

Laat mij in de morgen uw liefde horen,
in u stel ik mijn vertrouwen,
wijs mij de weg die ik gaan moet,
mijn ziel verlangt naar u.
NBV

Psalm 143:8

Deze week gaat het over onze behoefte aan Liefde en dan wel de Liefde met de hoofdletter L.
En dan wordt niet bedoeld onze onderlinge liefde, of de liefde voor je partner, je kind, je vriend of vriendin of … vul maar in.
Nee, deze week spreekt het citaat over onze behoefte aan de Liefde van God.
Vandaar mijn schrijven over Liefde met de hoofdletter L.

In wezen is ieder mens zoekende, zoekende naar iets wat hem/haar voldoening geeft, gelukkig maakt, tevreden, geliefd.
De één zoekt het hierin en de ander weer ergens anders, maar in wezen zijn we allemaal maar op zoek naar één ding: de Liefde van God.
Nu zullen er velen zijn die gelijk op hun achterste benen staan en zeggen:’Nou, dus mooi niet. Ik geloof niet eens in God, hoe zou ik dan kunnen verlangen naar Zijn Liefde? Doe even normaal zeg.’
Tja, velen zijn zich er niet van bewust dat dat eigenlijk hetgeen is waar ze uiteindelijk, soms hun hele leven lang, naar op zoek zijn of zijn geweest.

In ieder mens zit een leegte die alleen gevuld kan worden door zijn Maker, door zijn Schepper.
En of je nu in Hem gelooft of niet, of je Zijn bestaan nu erkent of niet; ieder mens is op zoek naar ‘iets’ wat die leegte kan vullen, maar niemand anders dan God alleen kan van je houden op de manier die je nodig hebt en zo die leegte vullen.

Ouders zijn de belangrijkste personen voor een kind.
En ieder kind hunkert naar de liefde en aandacht van zijn ouders, naar erkenning van hen, naar een complimentje, dat ze trots zijn op je, …
Je hebt het nodig om je goed te kunnen ontwikkelen, zowel emotioneel, lichamelijk als geestelijk.
Eigenlijk kun je wel zeggen dat ieder mens dat nodig heeft, want ook later als mensen ouder worden zie je nog steeds die behoefte aan goedkeuring, aan erkenning, aan aandacht en liefde.
Bij kleine kinderen kun je het goed zien aan de manier van aandacht vragen, als ze het niet op een positieve manier krijgen, dan vragen ze er wel om via een negatieve manier.

In wezen is het ook zo met ons en God.
God heeft ons geschapen, dus onze oorsprong is in Hem.
En hoewel onze ouders onze behoefte aan liefde en aandacht zoveel mogelijk kunnen vervullen, ten diepste blijft onze hunkering naar de Liefde van God, want in Hem ligt ons oorspronkelijke ontstaan en bestaan.
En pas als we Hem leren kennen door het offer van de Here Jezus als onze Vader, zal onze diepste behoefte, onze diepste hunkering, onze diepste leegte gevuld worden.
Zijn liefde is te allen tijd onvoorwaardelijk.
Alleen Hij, die ons gemaakt heeft, weet wat wij ten diepste nodig hebben en alleen Hij kan daarom ons die Liefde geven waar wij behoefte aan hebben.
Niets en niemand anders kan die leegte vullen.

En daarom weerklinkt Davids stem in de vroege morgen naar God, zijn Vader, toe:
Laat mij Uw stem weer horen, Uw liefde voelen, elke morgen opnieuw!
Op U vertrouw ik.
Wijs mij de weg die ik moet gaan;
mijn ziel verlangt naar U!

David weet waar zijn oorsprong is.
David weet, dat er een gapende leegte is zonder God.
David weet dat hij zonder God niets kan en hij schreeuwt het uit naar God.
Hem heeft hij nodig, iedere dag opnieuw; zonder God is zijn leven zinloos en doelloos.


Lieve Vader in de hemel, ik dank U voor Uw liefde voor mij.
Ik dank U, dat U precies weet wat ik nodig heb.
Ik dank U, omdat Uw liefde onvoorwaardelijk is.
Wat ik ook gedaan heb, wat ik ook doe, Uw liefde voor mij verflauwt nooit.
Er is niets wat ik kan doen waardoor U meer van mij zal gaan houden, maar er is ook niets wat ik kan doen waardoor U minder van mij zal houden.
Wat een liefde, wat een rijkdom.
Vader, ik bid U zo voor hen die nog zoekende zijn, zoekende naar iets om de leegte in hun leven op te vullen.
Ik bid U, Vader, dat zij U zullen gaan zoeken, zodat die leegte gevuld kan worden.
Want U zegt in Uw woord, dat wie zoekt vindt, dus als zij U zoeken , zullen zij U vinden.
U alleen, Vader, kan het diepste verlangen wat in ons zit vervullen en ik bid dat ogen en harten open zullen gaan en dat zij die U niet kennen, dat mogen gaan zien en zo ook Uw Liefde zullen gaan ervaren.
Dat ook zij mogen gaan ontdekken, dat hun diepste behoefte aan Liefde alleen gevuld kan worden door U.
Maak zo harten zacht, Vader, opdat ze ontvankelijk worden voor de waarheid.

In Jezus' Naam,

- Amen -


O Heer, mijn God,
U, ja, U alleen,
bent alles wat ik nodig heb,
U alleen
vult mijn diepst verlangen.
Uw Liefde voor mij
vult mijn mond
met lofgezangen.

O Heer, mijn God,
naar U,
ja, naar U verlangt mijn ziel.
Uw stem wil ik horen,
Uw stem wil ik verstaan.
Uw wil verlang ik te doen;
Uw wegen
wil ik gaan.

O Heer, mijn God,
laat mij,
ja, laat mij toch iedere morgen
Uw stem horen
en Uw Liefde ervaren.
In Uw Liefde ben ik geborgen
en Uw hand
zal mij bewaren.

- Amen -