De nummers voor de gedichten geven aan bij welke Bemoediging het gedicht hoort.
Zie hiervoor de pagina >> 'Bemoedigingen voor de Nacht'.
Slaap lekker
Dat de liefde van God
je zal omringen,
als een warme deken
over je heen.
Dat je in Zijn geborgenheid
rustig zal slapen,
wetende,
ik ben niet alleen.
Dat de liefde van God
je zal beschermen,
als een schild
over je heen.
Dat je in Zijn aanwezigheid
vredig kan rusten,
wetende,
Hij laat mij niet alleen.
Dat de liefde van God
je zal sterken,
verkwikken
door de nachtrust heen.
Dat je door Zijn
tegenwoordigheid
verkwikt weer op zal staan,
wetende,
Hij liet mij nooit alleen.
49. Licht in de duisternis
Het is tijd om te slapen.
Ik knip het licht uit, en trek
de dekens dicht over me heen.
De duisternis drukt zwaar.
Ziet U me wel, Heer?
Ik voel me nu zo alleen.
In het duister van de nacht
bespringen mij allerlei
gevoelens en gedachten.
Zal ik wat licht ontsteken,
om zo de pijn van het duister
van de nacht iets te verzachten?
Laat de slaap toch komen;
ik woel, ik draai; nee,
ik wil niet voelen of denken.
Och Heer, wilt U toch
in het duister van de nacht
mij verlichting schenken.
Dan houdt U mij Uw Woord,
dat wat ik net nog las,
opnieuw voor ogen.
Over hoe het duister voor U
is als het licht en ik proef
hierin Uw mededogen.
Want de nacht is voor U als de dag,
en de duisternis als het licht.
Zo zal ik in het donker van de nacht
nooit buiten het bereik zijn van Uw zicht.
Zoals een vader zich ontfermt over zijn kinderen,
zo ontfermt U zich over mij.
Of het nu licht is, of donker als de nacht,
U bent altijd heel dichtbij.
44. Met kracht omgord
Een lange dag ligt achter mij;
vermoeid leg ik mijn hoofd op mijn kussen neer.
Opnieuw is er weer een dag voorbij,
En morgen? Ach, dan zie ik het wel weer.
Pijn en verdriet vergezellen mij;
vele tranen hebben mijn kussen al nat gemaakt.
Ik vraag mij af, gaat het ooit voorbij?
Wat merk ik er soms weinig van dat Hij over mij waakt.
Onzeker ligt de toekomst voor mij;
soms beangstigt me zo dat ik er niet van slapen kan.
Nee, dit gaat echt nooit voorbij;
past echt alles wat gebeurt in Uw volmaakte plan?
Vele vragen leven diep in mij;
het niet begrijpen vliegt me af en toe flink aan.
Hoeveel tijd is er niet reeds voorbij?
Bent U mij ook hierin voorgegaan?
Dan klinkt in de stilte van de vroege morgen,
na een lange donkere en eenzame nacht:
'Wees niet bang, want Ik ben bij je elk moment;
Ik help je, Ik omgord je met Mijn kracht!
40. Stil en diep ontzag
Met een hart
vol diep ontzag
kan ik rustig
slapen gaan.
Ik weet immers:
Mijn Vader,
de Almachtige God,
zorgt voor mij.
Wakend
en beschermend
zal Hij vannacht
rondom mij staan.
En als de zon
mij wakker maakt,
dan weet ik:
ook vandaag
blijft Hij mij
dicht nabij.
37. Toevlucht en Vertrouwen
U, o Heer,
bent mijn Toevlucht
en mijn schuilplaats.
Op U, en U alleen,
stel ik mijn vertrouwen.
U ziet mijn grootste nood,
U kent mijn stilst verdriet.
U weet van mijn diepste pijn,
ook al ervaar ik U niet.
U bent een betrouwbaar God,
die dag en nacht
voor mij zorgt.
U bent de enige Rots
op wie ik werkelijk kan bouwen.
29. Licht aan de horizon
Vreugde, waar ben je?
Ik kijk en zoek, maar al wat ik zie
is donkerte en duisternis.
Nog geen sprankje licht
schijnt aan de horizon
en ik vraag mij af waar zij dan is.
Vreugde, waar ben je?
Men zegt dat je onderweg bent
dwars door het duister van de nacht.
Maar het duurt nu al zolang;
en ik wacht, en wacht,
en wacht …
Vreugde, waar ben je?
Is er echt nooit een nacht
dat jij niet komt?
- ’s Avond huil je en treur je,
maar in de morgen lacht je weer –
het is Gods woord dat mij zo tegemoet komt.
Vreugde, ik zie naar je uit!
Ik zie uit naar de lach in de morgen,
naar de vervulling van Gods woord.
En eens zal het nooit meer donker zijn;
zal mijn ziel eeuwige vreugde kennen,
omdat zij Hem toebehoord.
25. Juichen en zingen
Ik vertel U mijn nood, o Heer;
ik vraag U: ‘Hoelang nog?
Ik smeek om uitzicht,
en roep: ‘Antwoord mij toch!’
Maar Ik blijf op Uw liefde vertrouwen,
Ik weet immers wel hoeveel U van mij houdt!
Ik zal juichen,
ik zal zingen,
om de redding die U zult geven.
U bent goed,
U bent trouw,
U zorgt voor mij mijn gehele leven.
Ja, op Uw liefde blijf ik vertrouwen,
Ik weet immers wel hoeveel U van mij houdt.
15. Gebed
Pijn in de nacht
Heer,
wees mijn sterkte,
wees mijn kracht.
Ik huiver en ril
als ik denk
aan de komende nacht.
Pijn is mijn metgezel
en verlaat mij
geen enkel moment.
Heer,
ik hou het niet vol
als U niet heel dicht
bij mij bent.
Mijn ogen branden
van vermoeidheid en pijn;
ik wil zo graag even slapen
en weg van al deze ellende zijn.
Heer,
wees mij toch
in deze donkere uren
heel dicht nabij.
Laat mij
Uw aanwezigheid ervaren;
kom, Heer,
in dit nachtelijke uur
heel dicht bij mij.
Troost mij, Heer,
als mijn tranen stromen
omdat ik niet meer weet
hoe ik het volhouden moet.
Neem mij in Uw armen,
laat mij schuilen
in de schaduw van Uw vleugels.
Ontferm U,
zoals een Vader doet.
Heer,
wees zo mijn sterkte
en mij kracht.
Dan is er hoop
ook in de donkerte
van de nacht.
In Jezus' Naam.
- Amen -
13. Veilig
In de stilte van de donkere nacht,
waar ik in het donker lig te wachten
tot de slaap zich over mij ontfermt,
komt Zijn woord in mijn gedachten
en ik weet mij veilig, geborgen
en beschermt.
Het is alsof ik door Hem word ingestopt.
Zijn vleugels zijn mijn dekens, en zo ben ik
onder Zijn hoede veilig en beschermd.
Zijn liefdevolle, trouwe Vaderhand
houdt mij als een schild omgeven,
ook als de slaap zich over mij heeft ontfermt.
Lieve Vader, dank U dat U over mij waakt
iedere dag, maar ook iedere nacht.
Dank U wel, voor Uw vleugels als mijn deken
en Uw zachte stem die zegt: ‘Slaap zacht.’
- Amen -
Geen opmerkingen:
Een reactie posten